2019 - 29ste zondag door het jaar © Marcel Mollink
EEN DOMEIN WAAR
NIET WORDT GEVOCHTEN....
Marcel Mollink
EEN DOMEIN WAAR
NIET WORDT GEVOCHTEN....
Het was in februari 1998. Ik ging naar de carnavalsoptocht in Bergen op Zoom. Een Brabantse vriend had me uitgenodigd. Op het station in Heerlen belde ik nog gauw naar mijn moeder. Ze moest ’s morgens bij de huisarts zijn. Daar kreeg ze de uitslag van een maagonderzoek. Ze had al een tijdje last van buikpijn. Ik hoor haar nog zeggen: “Dokter weet niet wat ik heb. Ik heb vanmiddag om 15 uur een afspraak bij de gynaecoloog .” “WAT...dat is niet best”, dacht ik, “meteen doorgestuurd worden naar de vrouwenarts.” Om 17.30 uur kreeg ik haar eindelijk aan de lijn in een friture tussen aangeschoten carnavalsvierders. “Ik heb eierstokkanker. Over twee weken word ik geopereerd. Het koomp allemaol wal good jong’n”, zei ze. Op de achtergrond hoorde ik mijn vader huilen.
Twee weken later ging ze naar het ziekenhuis in Almelo. Ze had een brief achtergelaten voor ons. “Zorg goed voor ons pa. Hou in de gaten of hij zijn tabletten wel inneemt. Maak je over mij geen zorgen. Ik ben in Gods Hand.” Mijn moeder was een diepgelovige vrouw. In haar was een groot Godsvertrouwen gegroeid. Ze bad regelmatig. Samen met ons en alleen. Zondags ging ze naar de kerk. Ook wel eens door de week, want daar vond ze haar rust. Thuis op de boerderij was dat moeilijk. Buiten en binnen was er altijd werk. In de kerk hoorde ze beter 'de zachte impulsen waarmee God in ons hart spreekt’(Grun). Voor mijn vader mocht dat bidden wel wat minder. Hij had weinig met kerk en bidden. Mijn vader probeerde haar dit wel eens duidelijk te maken. Zo gaf hij mijn moeder met haar verjaardag ooit een tegel met een Twentse spreuk: ‘In Twente holt ze van een kort gebed en een lange metworst.’
Jezus zegt vandaag: Blijf bidden. Geef nooit op. God zal recht verschaffen. Aan iemand uit de parochie vroeg ik: Hoe versta jij deze raad van Jezus? Ze schreef: “Met geduld en volharding kunnen zaken bereikt worden. Het gebed is een manier om kracht te ontvangen en het vol te houden.” Anselm Grun verstaat Jezus woorden zo: “Sommige mensen zeggen: ‘We hebben zo vaak tot God gebeden. Het heeft niet geholpen. God heeft niets gedaan voor ons.’ Zij stellen zich het handelend optreden van God dikwijls te uiterlijk voor -alsof God van buitenaf alles op orde zal brengen. Alsof God onze problemen zal oplossen. Het bidden brengt je in je innerlijke ruimte, waarin je ervaart dat je gedragen en bemind wordt. De uiterlijke strijd gaat door. Maar in je binnenste is een domein waar niet wordt gevochten. Op die plek kun je tot rust komen, een diepe vrede ervaren.” Dit is precies wat mijn moeder heeft beleefd. Misschien wel het meeste tijdens haar ziekte. Ze heeft als een groot geschenk ervaren.
Wat was ze ziek, beroerd, misselijk, ellendig- vooral de eerste dagen na de chemo. Als je haar vroeg hoe het ging zei ze: “Het geet wal.” Maar je zag, voelde dat ze doodziek was. De chemokuren sloegen heel goed aan. De uitzaaiingen waren als sneeuw voor de zon verdwenen. Wat een opluchting. En voorlopig geen operaties,kuren en uitslagen meer. Na een half jaar was de kanker alweer terug!! Er was niets meer aan te doen. Ze heeft nog een half jaar geleefd. Zolang het nog ging, bad ze ons nog iedere dag voor. De eerste regels van haar morgengebed waren: “God dag in, dag uit ontvangen wij van U het bestaan. Help ons deze dag door te brengen in Uw dienst.” Ze kon nog verwonderd kijken naar een tomaat uit de tuin. Haar ogen straalden dan en ze zei: “Geen mens kan zoiets maken.” Ze takelde lichamelijk steeds verder af. Tumoren groeiden verder in haar buik. Maar ze was zo liefdevol en vredig. Als we bij haar in de kamer kwamen, zei ze: “Dag beste jong’n/wicht.” De manier waarop ze dat zei…daar krijg ik soms nog tranen van in mijn ogen. Mijn broer vroeg haar een paar weken voor haar sterven: “Ma ben je ’s nachts niet bang?” Ze zei: “Nee, vaak voel ik me net zo rustig. Ik bid wat als dat gaat. God draagt me. Maakt oe geen zorgen oaver mie.”
Als Jezus zegt: Blijf bidden, geef niet op, God zal recht verschaffen. Dan denk ik aan mijn moeder. Hoe zij die Liefde, Vrede, Nabijheid heeft ervaren. Ik heb van nabij mogen meemaken: Wat er met je kan gebeuren als je blijft bidden. Ook als je niet geneest, lichamelijk totaal aftakelt. Op dinsdagavond werd het morfinepompje aangesloten. Haar laatste woorden waren: Tut bie God.
Marcel Mollink