De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later

2016 - Drievuldigheidszondag © Harrie Brouwers, Voerendaal

 

 

DE VRAGEN BIJ DE ANTWOORDEN

 

 

 

HET DOGMA
Paus Johannes de 22ste (!)  heeft in de veertiende eeuw, tijdens zijn ballingschap in Avignon, het hoogfeest van de Drievuldigheid ingevoerd, en wel op de zondag na Pinksteren. Eerder was de viering van de Drie-eenheid vaker verboden, omdat men de eenheid en de drieheid van God een mysterie vond dat in elke liturgie werd verondersteld. Vanaf de vierde eeuw, als kerkgeleerden de theologie over God en Jezus aan het uitbouwen zijn, is de drievuldigheid onder de gelovigen erg populair. Het leeft bij de mensen - zeker bij de Ierse christenen -, zoals bij ons het voetballen. Het had ook enig belang! Zonder de notie van de drie-eenheid zou Christus niet als God vereerd kunnen worden. Zonder drie-eenheid zou God oneindig ver van zijn schepping afstaan. De Alexandrijnse priester Arius had nog geprobeerd om de godheid van Christus als een begenadiging te zien, die hem door de Vader was toebedeeld, maar de meerderheid van de kerkvaders vond dat Jezus ook al voor de schepping der aarde deel van het goddelijk mysterie uitmaakte.
Al die moeilijke vragen die in de eerste eeuwen om een antwoord vroegen, kenden zij vroeger als kind niet. De antwoorden wisten we wel! We spraken ze uit bij het bidden van het credo, een oud conciliedocument, maar op welke vragen ze betrekking hadden, was onbekend!

DE VRAGEN
Had God de wereld geschapen uit het niets? Of had hij haar gevormd uit de chaos? Dat laatste dachten de Joden en de Grieken, maar de kerkvaders kozen voor het schepping uit het niets. Dat maakt dat de wereld met al wat ze bevat zonder God niet blijft bestaan. Het impliceert ook dat God van een totaal andere orde is dan wij. En tóch is Hij ook in de wereld.
Als je over de drievuldigheid nadenkt, los van de conciliedebatten van de vierde en vijfde eeuw, dan klinkt de leerstelling tamelijk eigenaardig. Bruine paters probeerden het ons vroeger uit te leggen door in de klas te laten zien dat drie vlammetjes samen één vlam kunnen zijn. Ik vond het toen al een drogreden! Wie zegt dat, als de vlammen samen zijn, het er nog steeds drie zijn? En dan kun je ook wel drie glazen water bij elkaar gooien; dat bewijst niets en het maakt niets duidelijk; niets over vlammetjes en niets over God. De drievuldigheid, zo werd vroeger ook wel beweerd, zou aantonen dat God ver boven de wiskundige vanzelfsprekendheden stond. Ik herinner me nog eens gevraagd te hebben, waarom hij dan geen vier- of zelfs tienvuldigheid was, dan was het mysterie nóg veel groter!

DE ERVARING
Toch denk ik dat ook wij, gelovigen van 2000, af en toe met dit dogma te maken krijgen. We zijn er, zonder dat we het beseffen, mee bezig als we stuiten op de contradictie van Gods oneindige afstandelijkheid en Zijn intieme nabijheid. En dat zijn geen leerstellingen of oude dogma’s, maar ervaringen. Met Latijnse termen gezegd: het gaat om de spanning tussen Gods transcendentie en Gods immanentie.
Gods afstand kunnen we ervaren als we ons heel erg nietig voelen in dit heelal, verloren misschien zelfs. God die uit het niets alles tot bestaan geroepen heeft, lijk rustig af te wachten hoe alles zijn beloop heeft. Misschien is voor Hem de tijd en al het lijden van mensen reeds voorbij! Gods afstand kun je voelen als je machteloos staat bij grof onrecht. Gods zwijgen en afwezigheid zijn vaak voelbaar.
Gods nabijheid kun je ervaren als je gelukkig wordt omdat alles in het leven even op zijn plaats valt, omdat het zin krijgt. De zon schijnt, iemand begroet je hartelijk. Je wordt gewaardeerd en je ervaart de zin van je bestaan. Je hoopt op een gelukkige uitslag voor een ander, voelt dankbaarheid bij het zien van een zonsondergang of het overeind kruipen van een pasgeboren veulen. Je ervaart je bestaan als een geschenk. Je voelt je begenadigd.

DENKEN OVER GOD
God is het mysterie dat ons verstand te boven gaat. Hij omvat ons. We kunnen hem zelfs met onze fantasie niet bedenken. En tegelijk is Hij te smaken in de liefde, te beleven in de muziek en te zien in de schoonheid van de natuur. God is oneindig ver weg en Hij is onzegbaar dichtbij. Die polariteit heb je als gelovige nodig om je beleving van het mysterie uit te drukken. God is de Vader, de Schepper van hemel en aarde, de Enige die nergens uit is voortgekomen, van een ondenkbaar andere orde dan al het andere..., en Hij is de geest, de wijsheid, de orde, de humor, de liefde die de chaos schept tot kosmos. Hij is de bevrijdende kracht die zijn volk doet opstaan. Hij is Jezus Christus.

OVERAL
Lieve kinderen. Het was zondagmiddag. De zon scheen. Ik stond bij de kerkdeur. Daar kwam Mila aan. Mila duwde driftig haar poppenwagen voor zich uit. Achter haar kwam een heel stuk niemand. En dan de rest van de familie. Thom werd gedoopt. Mila aarzelde even toen ze me zag, maar ineens vroeg ze: ‘Ben jij God!’ Ik schrok. ‘Gelukkig niet!’, floepte het eruit. Waarom zei ik dat? God zal toch wel gelukkig zijn? Of niet? Heeft hij zijn hoofd vol zorgen? ‘Maar, Hij woont toch wel hier?’, informeerde Mila. ‘Ja zeker, je bent op het goede adres, hoor.’ Nu stak Mila haar hoofdje naar binnen en keek de donkere kerk in. Toen knikte ze begrijpen. ‘Hij zit daar natuurlijk vooraan.’ ‘Nou ja, eigenlijk kun je God niet zien. Niemand kan dat. God is ook niet ergens. Hij is overal.’ Mila keek me met een flauwe glimlach ongelovig aan. ‘Overal?’ ‘Ja!’ Toen stak ze haar vinger op haar navel en lachte. ‘Dan zit-ie ook in mijn buik!’ Met een ruk duwde ze de poppenwagen over de drempel heen want Thom kwam er aan, en die had God ook in zijn buik.

 

 

 


  MENU


   
BEZOEK
vandaag82
gister86
deze maand3606
totaal823366