De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later

2016 - 11de zondag door het jaar © Harrie Brouwers, Voerendaal

 

 

 


 

DE SPONSORS VAN JEZUS


 

 

 

VERBORGEN BELANGEN
Ik dronk een beker koffie na de processie. Het weer was droog gebleven. Iedereen was tevreden en de bewoners van het Brook hadden zich zichtbaar verheugd. Ineens vroeg iemand me: ‘Gaat u de processie afschaffen?’ ‘Hoe komt u daar bij?’ ‘De buurvrouw had dat gelezen!’ Het enige verband dat ik kon leggen, was met een artikeltje in het parochieblad. Daarin  had ik iedereen uitgenodigd om een avond te komen praten over de processie. We zochten ideeën om kinderen en jonge mensen er meer bij te betrekken en zo de processie toekomst te geven. De buurvrouw had dit kennelijk gelezen, of bijna niet gelezen. Ze had er haar achterdocht aan toegevoegd en het bij de koffie ter sprake gebracht. In twee stappen kwam het nieuws bij mij terug met de tegenovergestelde strekking. Zo gaat dat. Als mij nieuws ter ore komt, dan vraag ik altijd: van wie heb je dat gehoord? In welke krant heb je dat gelezen? In welk tv-programma heb je dat dan gezien? En wie heeft dat programma gesponsord? Het is niet makkelijk achter de waarheid te komen, als je niet kunt doorgronden wie er belang heeft bij een bepaald bericht. De liefde voor sensatie is groter dan die voor de waarheid. ‘Wie betaalde de boodschap?’ Dat is een belangrijke vraag!

WIE BETAALT JEZUS?
Zou Jezus met zijn evangelie ook sponsors hebben gehad? Op het eerste gezicht lijkt de vraag nogal vreemd, maar Jezus was ook omringd door mensen, stromingen en groeperingen die allemaal hun belangen hadden en allemaal geneigd waren om de nieuwe boodschap in te bedden in hun eigen belangen. Zeker is, dat bij de verspreiding van het Christendom, de macht van de keizer in Constantinopel en Rome, en later ook van Karel de Grote, een flinke duw hebben gegeven aan de overtuigingskracht van het evangelie. Ook de koloniale belangen van Europese landen hebben invloed gehad op de missionering. Maar hoe zat het in de periode toen Jezus leefde en rondliep als leraar? Waren er kosten aan verbonden, aan de school van Jezus? Er waren leerlingen, die moesten eten. Sommigen waren getrouwd, die hadden familie te onderhouden. Het was natuurlijk geen miljoenenconcern, maar kosten waren er. We weten dat er een penningmeester was, Judas. Waren er leerlingen die ondertussen arbeid verrichtten? Gingen ze delen van het seizoen weer naar hun gezin? Trok Jezus zich af en toe terug in retraite? In een klooster of in de woestijn of bij familie? Was hij rabbi in Kafarnaum? Het is een interessante vraag: hoe kwam de beweging aan het nodige geld?
Lukas vermeldt in zijn evangelie iets over de sponsoren. We lazen het zojuist. ‘De twaalf vergezelden hem en ook enkele vrouwen. Genoemd worden Maria van Magdala, Johanna van Chusas, Suzanna, ‘en nog vele andere vrouwen, die hen uit eigen middelen onderhielden.’ Dat is dus de school van Jezus: twaalf leerlingen en veel vrouwen die door hun financiële bijdrage de beweging mogelijk maakten. Dat is goed om te weten. Er kwam geen geld van de hogepriesters in Jeruzalem. Ook niet van een opstandsbeweging of van de middenstanders van Bethlehem. Er kwam geen geld uit Egypte. Nee, het waren volgelingen, vrouwen vooral, die er veel voor over hadden.

SCHULD EN TOEWIJDING
Juist in onze tijd wordt die rol van vrouwen herontdekt. De vrouwen zijn belangrijk. Ook in onze kerk. Ze worden nog niet toegelaten tot gewijde ambten, maar het leeuwendeel van wat de kerk doet is aan hen te danken. Ze vormen de meerderheid van alle willigers, over de hele wereld! De tijd wordt langzaam rijp om hen de erkenning te geven die ze verdienen en die ze van Jezus overigens al hadden!
Er wordt over deze vrouwen iets verteld. Namelijk dat ze nogal wat op hun kerfstok hadden. Jezus wordt daar zelfs op aangekeken. Laat jij je door zondaressen bedienen en verwennen? Jezus maakt de kritiek tot aanleiding van een theologische verhandeling. Het zijn juist de zondaars die het meest dankbaar zijn om de vergiffenis die ze krijgen. Je kunt dit omdraaien! Iemand die niet beseft dat hij bij God in het krijt staat, dat hij zijn hele existentie aan God te danken heeft..., iemand die zelfgenoegzaam het leven als zijn persoonlijke verdienste opvat, die voelt zich ook niet van harte betrokken bij God en zijn Rijk.
De kerk heeft het altijd moeilijk gehad met zondaars, met wetsovertreders en dissidenten. Daarmee heeft ze zich meer aan de kant van de schriftgeleerden geschaard dan aan die van Jezus!  Tussen God en de zondaars is iets bijzonders aan de gang!

LIEVE JONGEN
Lieve kinderen. ‘Zo, lieverd, was het leuk op school?’ Pim schoot rechtop in zijn stoel. Hij legde zijn mobieltje op tafel en keek mamma stralend aan. ‘Hoezo?’, vroeg hij achterdochtig. Zou de juf hebben opgebeld? Zou ze verteld hebben dat ze hem verboden had om te voetballen, en dat hij toen driftig de bal had weggeschopt en dat die op straat een mevrouw op de fiets had geraakt? En dat hij toen voor straf strafregels moest schrijven. ‘Ik mag geen oudjes van de fiets trappen.’ Maar mamma glimlachte. ‘Kopje thee?’ Ze wist niks. ‘Lekker. Thee. Ik pak hem wel. Zal ik voor jou ook iets inschenken?’ ‘Fijn knul, als je dat wilt doen.’ ‘Tuurlijk. Kan ik nog iets anders doen? Zal ik afwasmachine uitruimen en de container buiten zetten?’ Intussen was pappa binnen gekomen. ‘Honger! Ik heb honger!’, riep hij uit. ‘Waar is Pim?’ ‘Pim zet de container op straat’, zei moeder. ‘Zo?’, verbaasde pappa zich, ‘Is-t-ie ziek?’ ‘Hij zal wel iets op zijn kerfstok hebben. Ik zal de school eens bellen’, zei mamma rustig. ‘Waarom denk je dat?’ Pim kwam net weer binnen. ‘Als hij iets heeft uitgevreten, dan is hij altijd zo lief!’

 

 

 


  MENU


   
BEZOEK
vandaag215
gister112
deze maand4749
totaal819201