VIERDE ZONDAG VAN DE ADVENT IN HET C-JAAR 2007
© H.Brouwers, Voerendaal 2007

BOETEVIERING

Het staat er zo eenvoudig: Jozef was een ‘rechtvaardige.’ Een tsaddik. Bij lezers met een Joodse achtergrond beginnen alle bellen en klokken te rinkelen en te luiden. Een ‘rechtvaardige’ is een held, een heilige, iemand die zich toelegt op het volgen van wat God van hem vraagt. De ‘rechtvaardige’ leeft met grote eerbied voor de schepping. Hij is zich voortdurend bewust van Gods heerlijkheid. Zolang er nog één rechtvaardige op de wereld bestaat is er hoop.
Jozef was ‘een rechtvaardige’, schrijft Mattëus. Hij staat daarmee op het niveau van mensen als bijvoorbeeld Noach. Zo’n mens die toekomst geeft aan de wereld.
De ouders van Jozef hadden een huwelijkscontract gesloten met de ouders van Maria. Nu heeft hij vernomen dat ze een kind verwacht. Hij besluit haar niet aan het contract te houden, vertelt Matteüs. Hij zal niet op haar veroordeling aansturen. Ze zal door hem niet van echtbreuk beschuldigd worden. Hij besluit van zijn rechten af te zien..., ‘want hij was een taddik.’ Een ‘rechtvaardige’ was hij, zo iemand om wie God de wereld verdraagt.
Maria was dat ook, al wordt voor haar die term niet gebruikt. Zij was een vrouw die zich voegt naar Gods wil, iemand die niet voor zichzelf leeft maar voor haar kind, voor haar goddelijk kind, als zoveel moeders.
Over dit paar wordt ons verteld, nu we vlak voor de geboorte van hun kind staan.
We willen hen tot ons voorbeeld maken. Laten we onze schuld overwegen en om vergeving vragen!
Goede God, maak van ons een ‘rechtvaardige’,
een mens die leeft met een grote eerbied voor ieder ander,
die beseft dat elk mensenkind een tempel van uw Geest is.
Het spijt ons als we anderen hebben onderschat,
als we kwaadgesproken hebben en elkaar het geluk niet gunden... Heer ontferm U over ons!

Goede God, laat ons lijken op een ‘rechtvaardige’,
op een mens die uw schepping heiligt,
die geniet van al het mooie dat ons omringt.
Het spijt ons dat we tekort geschoten zijn
in zorg voor dieren en planten en al het leven op aarde... Heer ontferm U over ons!

Goede God, laat ons uw ‘rechtvaardige’ zijn,
iemand die zich ervan bewust is dat elk moment een geschenk is van U.
Het spijt ons als we te weinig een gebed van dank hebben gesproken
en te weinig oog hadden voor de glans van uw heerlijkheid... Heer ontferm U over ons!

Goede God maak ons tot uw ‘rechtvaardige’,
dat we houden van waarheid en eerlijkheid, dat we elkaar trouw zijn en toegewijd.
Het spijt ons als we elkaar onze waardering en trots onthouden hebben... Heer ontferm U over ons!

Goede God, laat ons uw rechtvaardigen niet vergeten,
uw lijdende knechten, de hongerigen en daklozen, de dorstigen en de misdeelden,
al wie gemarteld worden, opgejaagd en onteerd.
Het spijt ons als we hun lot te weinig
ter hart hebben genomen... Heer ontferm U over ons!

Goede God, wij bidden U dat wij als uw ‘rechtvaardige’
mogen meeleven met mensen die een kruis dragen, met zieken en eenzamen.
Het spijt ons als we te weinig oog voor elkaar hadden
en als anderen tevergeefs op ons hebben gewacht... Heer ontferm U over ons!