De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later
2021 - 2de zondag in de advent © Harrie Brouwers, Voerendaal






WACHT NIET OP DE REGEERDERS!




NIEUW HOOFDSTUK

Mijn nichtje had zich als kleuter zelf leren lezen. Dat kwam aan het licht, toen ze eens een lange regel had geschreven, en die op de deur van haar slaapkamer had geplakt. Aanvankelijk kon niemand de zin ontcijferen, maar met enige moeite bleek daar op te staan: ‘nietbinnekometrutte’, dat was een waarschuwing aan het adres van haar zusjes. De tekst was zo moeilijk te ontrafelen, omdat alle letters aan elkaar waren geschreven, en zoals je het uitsprak. Het leek wel Hebreeuws!
In de oudheid werden teksten aangebracht op rollen van aan elkaar genaaide dierenhuiden, of op elkaar geperste repen riet. Het alfabet bestond enkel uit medeklinkers. Er werden geen spaties tussen de woorden gebruikt en er bestonden geen punten en komma’s.  Je had gewoon een pakket medeklinkers voor je. 
De indeling van een verhaal in hoofdstukken werd in de verhaal-lijn aangeven. Lukas begint een nieuwe episode dikwijls met een scene-wisseling, een verandering van plaats of tijd. Zo ook het evangelie van vandaag.‘In het vijftiende jaar van keizer Tiberius, toen Pilatus Judea bestuurde, Herodes Galilea en Filippus Iturea; toen Annas en Kajafas hogepriesters waren...’ Hier begint dus een nieuw hoofdstuk. Na het bezoek van Jozef en Maria met hun twaalfjarige zoon aan Jeruzalem worden 18 jaar overgeslagen. Vervolgens dus het verhaal van vandaag. Het optreden van neef Jan. De tijdsaanduiding is zo uitvoerig dat het erop lijkt dat dit het oorspronkelijke begin van het Lukas’ evangelie is geweest. 

DECOR VOOR DE DOPER
Lukas plaatst hiermee het optreden van Jan de Doper nadrukkelijk in de geschiedenis. Maar als Lukas dat alleen bedoelde, was de vermelding van keizer Tiberius voldoende geweest. Hij voert echter veel meer hoogwaardigheidsbekleders op, zoals Annas en Kajafas, Herodes en Pilatus. We kennen ze uit Jezus’ veroordeling. Lukas somt al deze potentaten op. Ze vormen het decor. Ze zijn de achtergrond voor de hoofdrolspeler, Johannes. Deze vertrekt naar de woestijn, weg van hen. Daar is geen paleis, daar is vooral veel zand, met hier en daar een cactus. 
De woestijn is de plek waar een mens zich niet kan verschuilen achter zijn rijkdommen of in zijn burcht, tussen dure gasten en dagenlange diners. In de woestijn is de mens teruggebracht tot zijn wezen. Hij valt er niet meer samen met zijn diploma of zijn bezit, zelfs niet met zijn naam. Hij is wie hij in zijn kern is, zonder opsmuk. Hij is er is dankzij God, en niet dankzij zijn eigen prestaties. De woestijn was de weg waarlangs de voorvaderen hun vrijheid hadden bevochten. De woestijn was de plek waar zij Gods aanwezigheid hadden ervaren. 

ONZE WOESTIJN
Hoe moet je dat zeggen in termen van 2021? Is het misschien een langdurig verblijf in een kliniek? Een soort Expeditie Robinson? Een lang wekend in een klooster? De periode na je ontslag of je pensioen? De jaren van rouw na het verlies van een partner of een kind?
In die woestijn kondigt Johannes de komst van God aan. Hij doet het met een beeld van de profeet Baruch. De beschreef een weg die op de A76 lijkt: waarvoor heuvels zijn geëgaliseerd en kloven met een viaduct overspannen; waar bomen langs de randen schaduw bieden. Zo’n heerlijke weg waarvan elke wandelaar droomt, als hij een moeilijk traject moet lopen door bergachtig gebied. In gedachte topt hij de berg af en snijdt hij een omweg langs wijngaarden af, door er een rechte lijn doorheen te trekken. Van zo’n weg had Baruch gedroomd, zoals Jesaja eeuwen eerder ook had gedaan. Want langs die koninklijke weg zouden eens de bannelingen uit Babel terugkeren naar Jeruzalem. Ruim baan moest worden gemaakt voor Gods intrek in de hoofdstad. Dat is het wat Jan de Doper roept. Als we zo’n rechte weg maken, dan zal God komen!
Dat was immers zijn pijn. Het volk was 560 jaar geleden teruggekeerd uit de gevangenschap in Babel. Dat feest was aangekondigd als de terugkeer van God zelf..., maar wàs Hij ook meegekomen? Met heel veel moeite was de tempel herbouwd. De eredienst was hervat. Maar was God er ook? De ark van het verbond was spoorloos. Het leek erop, alsof God er nog niet was. Jeruzalem had immers niet meer de glans die het had onder David en Salomon. Voortdurend waren bezetters de baas die het volk knechtten en zware belastingen oplegden. Waar blijft God dan? Het is de eeuwige vraag van mensen die een ramp meemaken. Waar is God?
Johannes kondigt zijn komst aan. Hij keert bestuurders en regeerders de rug toe en begint in de naakte woestijn. Terug naar af. ‘Verwacht je redding niet van de regeringsleiders. Jullie moeten jezelf veranderen’, zo  luidt zijn boodschap aan ons.  
 

FEESTJE ZONDER...
Lieve kinderen.’Zo!’, zei ome Wim. Oom Wim had het feestje van Luuk georganiseerd. ‘Nu eerst allemaal je handy bij mij inleveren en dan zoek je een plekje aan tafel. De gasten van Luuk keken onwenning naar elkaar. Je handy inleveren?! Dat was nog erger dan je broek uittrekken! Zonder handy ben je niemand meer. Je kunt niet controleren hoeveel klasgenootjes de foto van je ontbijt ge-liked hebben. Je kunt geen whatappjes lezen en geen foto van de taart rondsturen... Dat moet een saaie middag worden! ‘Toe, jij ook. Dan kunnen we beginnen’, zei Wim. Die middag was er heerlijke taart, een spannende speurtocht, een leuke prijs voor iedereen en ze hadden zich kapot gelachen. Om half vijf stormden ze uitgelaten naar buiten. ‘Hè?!’ Na een paar meter keerden ze allemaal om. Waren ze bijna hun handy vergeten. Dat zou heel erg zijn. Dan hadden ze Luuk en ome Wim niet kunnen bedanken voor die mooie middag!




 

  MENU


   
BEZOEK
vandaag12
gister172
deze maand3116
totaal822876