De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later
2022 - 14de zondag door het jaar © Harrie Brouwers, Voerendaal







NIET GENOEG LEERLINGEN!




WAAROM 72?

Jezus stuurt leerlingen op pad. Welgeteld 72! Opvallend. Waarom 72? ‘t Lijkt er even op dat de evangelist ze heeft nageteld? Of dat hij hun namen kende. Was het een bestaande groep? 
Hij had ook ‘tientallen’ kunnen zeggen of ‘on-geveer 70'. Met ‘72' lijkt hij iets te bedoelen. Maar wat? Is 72 een symbolisch getal? Dat zou je eigenlijk ook wel verwachten. Getallen zijn in de bijbel meestal dragers van een boodschap. Nu komt het getal 72 alleen op deze ene plek voor, en nergens anders in de bijbel. Wat moet je daarmee?
Ik heb er enkele verklaringen over gelezen. Bijvoorbeeld deze. In de tekst staat dat Jezus ‘nog anderen’ erop uitzond. Dus naast de twaalf nog 72. Dan kom je op 84 en dat is zeven maal twaalf. 
Zeven maal twaalf was de volmaaktheid ten top. Zeven komt van de zeven planeten die de hemel langs eigen banen doorkruisten. Men nam algemeen aan dat er zeven koepels  rond de aarde bestonden. En twaalf staat voor het aantal volle maanden in een jaar. 
De maan was vanwege zijn 30-dagen cyclus het symbool van vruchtbaarheid en de zon zorgde voor de seizoenen van zaaien en oogsten.

TE WEINIG!
Zelf lees ik deze passage anders. Ik tel er de twaalf apostelen niet bij op. Er staat gewoon dat hij 72 leerlingen uitzond. Dat is 6 maal 12. Twaalf, dat zijn de stammen van Israël. In die tijd had men een beeld van de eindtijd. 
De mensenzoon zou bij zijn wederkomst vergezeld zijn van 12 hemelingen die de stammen van Israël bijeen zouden brengen.
Twaalf leerlingen typeren de Mensenzoon. Dat dan zes keer! Zes is zeven min één, dus de onvolmaaktheid. De aangetaste volheid. 
Zes maal twaalf betekent dan ‘niet genoeg’. 
Jezus stuurt leerlingen er op uit om de blijde boodschap te brengen, maar het zijn er niet genoeg!
Als je het zo leest, dan  is het vervolg heel logisch: ‘De oogst is groot, maar er zijn niet genoeg arbeiders.’
Dan moeten we we het zó lezen: de mensen hunkeren naar bemoedigende woorden, naar woorden van troost, naar genezenden handen, naar aandacht, naar tekenen van Gods barmhartigheid, de wereld hunkert...., maar er zijn niet genoeg mensen die ook werkelijk kunnen delen, die ook echt troosten en die waarachtig vergeven. Jezus stuurt leerlingen uit met een goddelijke en helende boodschap, maar het zijn er niet genoeg. 
Dat is wat Lukas wil: hij wil ons aanspreken. Wij moeten mee gaan doen. Er wordt op ons gewacht!

BIJ MOEDER
Twee weken geleden was de sacramentsprocessie. We liepen door de Jeu-straat. De straat was prachtig versierd. Een zandtapijt met mooie bloemen door de hele straat. Er naast kon je boodschappen lezen van jongeren die uren tevoren hadden liggen krijten. Heel wat mensen stonden langs de route. 
Eén indruk is me bijgebleven. De processie stond net even stil. Naast mij zag ik een jong stel met drie kinderen. 
Vader had de jongste op de arm. Die begon ineens te huilen. Ik weet niet waarom. 
Was hij geschrokken van de trommelaars? 
Of van mij misschien? Was hij moe of had hij honger? De jongen strekte zijn armpjes naar de moeder uit. Die nam hem bijna automatisch over en de jongen was onmiddellijk tevreden. ‘Zoals een moeder haar kind troost...’, schreef Jesaja toen hij God wilde typeren. 
Wat een prachtig beeld in een tijd waarin God meestal als Vader werd voorgesteld, een zwijgende of trotse, maar vooral strenge vader. Moeder nam het huilende kind over en het was stil. Ze had nog niets gezegd, hem nog niet gewiegd, nog niets gezongen. Was het haar geur? Het jongetje her-ijkte zichzelf aan de bron van zijn leven. Zijn moeder!

TERUG NAAR DE BRON
Dat is het wat de leerlingen moeten gaan doen: de mensen terugbrengen naar hun oorsprong. De liefde die ooit is uitgegaan van God, van een moeder en een vader. De moeder die het kind neemt zoals het is. Ze stelt geen eisen. Hij mag stinken en schreeuwen, ze is er voor hem. En hoe meer gebreken, des te meer is ze er voor hem. Aan die bron vind het kind zichzelf terug. Het geneest, het voelt zich vergeven en getroost. Daartoe zend Jezus zijn leerlingen uit en ze komen trots en blij terug. Ze waren in de wolken. Overal hadden zij mensen opgebeurd en ten goede gekeerd. Alleen..., jammer: 72! Het waren er niet genoeg. Zullen we dan maar mee gaan doen? Misschien zijn we er al mee bezig. Ik denk het wel. Laten we dan verder gaan. Er zijn er niet genoeg, maar het zijn er wel veel. 72 zegt Lukas.

MOEDER GOD
Lieve kinderen. Mensen komen naar de kerk als ze op zoek zijn naar God. Daarom is een kerk altijd een beetje geheimzinnig. Dat komt omdat God zelf een groot geheim is. Met God bedoelen we Iemand die we niet kunnen zien en niet kunnen horen, omdat achter alles is, omdat Hij alles laat zijn en ons laat leven. Nou denk je misschien: Wat heb je daaraan? Iemand die je niet kunt zien en niet kunt horen! Dat zal ik je zeggen. Als ik blij ben omdat ik besta..., als ik geniet van ‘n prachtige vlinder of van een dansje in de wind of van de zee..., dan wil ik dat ook eens hardop zeggen: ‘Wat ben ik blij dat ik besta, dat ik vriendjes heb, dat de muziek zo mooi is.’ En dat zeg ik dan tegen God. ‘God dank je wel.’ Als je dat zegt, bijvoorbeeld bij een kaarsje dat je hebt aangestoken, dan stel je je God voor. Je weet het niet. Maar sommige mensen zien een oude man met een baard. De profeet van vandaag die zag een moeder. Een moeder met kindje op schoot en de moeder troost haar kind. Zo on-geveer mag je denken dat God is!



 

  MENU


   
BEZOEK
vandaag154
gister95
deze maand3882
totaal823642