De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later

VIJFDE ZONDAG VAN PASEN IN HET B-JAAR 2006
(c) H.Brouwers

SCHIJNLIEFDE

'PRETTIG WEEKEND'
‘Ik wens u nog een heel goed weekend’, de omroepster geeft me een brede glimlach en verdwijnt uit het beeld. Eigenlijk wenst ze me niks. Ze kent me niet. Ze weet niet waar ik woon of wie ik ben en al helemaal niet wat ik dit weekend heb te doen. Ze weet niet of ik misschien niet barst van de kiespijn en huilend van angst de hele nacht wakker lig. Haar ‘smile’ en haar liefde zijn er voor iedereen, dus voor niemand.

'U BENT HET WAARD'
Onze wereld is dichtgesmeerd met dit soort schijn-liefde. De liefde van obligate woorden, beleefde leugentjes, nietszeggende gemeenplaatsen en voorgewende belangstelling. Woorden en leuzen, slogans, reclame-kreten.
De margarine-fabrikant verzekert me dat mijn gezondheid hem een enorme investering waard is geweest en de shampoo-maker vindt dat ik de allerbeste olie verdien. Ik krijg ze natuurlijk niet cadeau; ik moet ze kopen, maar de schijn wordt hooggehouden. Ze houden van me, de lijsttrekkers van de politieke partijen, de juffrouw die geduldig mijn klacht aanhoort nadat ik me met ingehouden woede door een omvangrijk keuzemenu heb heen geworsteld. Een briefschrijver laat me op de enveloppe weten dat ik eer waard ben en ‘geacht’.

WOORDEN EN LEUZEN
Velen worden door velen bemind met woorden en leuzen en ik denk dat dit van alle tijden is. Liefde met woorden belijden is gemakkelijk. Het vraagt geen offers. Ze hoeft niet bewezen te worden.

DADEN
Johannes schreef het al in een brief. ‘Kinderen’, zegt hij. Johannes is oud. Hij heeft de mensen begrepen. Hij heeft hun streken gezien. Hij heeft ook gezien hoe hard het lot een mens kan treffen. Hoe hij soms door de knieën gaat. Hoe hij verraden kan worden. Het heeft hem mild gestemd. Het is niet overal gemakkelijk om te overleven. Hij heeft de armoede gezien onder zijn volgelingen, de worsteling om het tenminste voor de kinderen beter te krijgen. Hij heeft gezien hoe mensen bezweken voor de verleiding van de rijkdom en hoe ze toch niet gelukkig werden. ‘Kinderen’, zegt hij, we moeten niet liefhebben met woorden en leuzen maar met daden. Dus als je niet meer weet wat je moet geloven, als er overal mensen zijn die aan je jas trekken en die iets anders beweren en een andere god verkondigen, als je moe wordt van alle propaganda om je heen, dan kijk gewoon eens naar wat mensen doen.

KOMPAS
In het doen van de liefde steekt de waarheid die God is. En die God die liefde is, kent jou. Hij kent jou beter dan jij jezelf kent. Hij kent je genen en de afwijkingen daarop, Hij kent de teleurstellingen die je als kind geleden hebt, Hij kent je dromen en je successen, Hij kent je angst en ook alle gevoelens die je verdrongen hebt, Hij kent de dromen die je sturen, Hij is groter dan je bewustzijn en Hij veroordeelt je niet.
Ooit, beseft Johannes, ooit hebben jullie het leven gekregen. Dat was een waarachtige daad van liefde. Het was gratis en om niets. Vergeet al die moeilijke redeneringen over God maar. Wees niet bang voor je vervolgers. Ik heb jullie een trefzeker kompas gegeven: de daadwerkelijke liefde herbergt God, en Die is de barmhartigheid zelve.

DOOIE BLOEMEN
Lieve kinderen. Marjo was de jongste. Ze had een grotere broer, Dave, en een grotere zus, Sanne. Vorig jaar had Dave gezegd: ‘Weet je wat we doen voor moederdag? We kopen met zijn drieën een cadeau. Pappa doet ook mee.’ Ze hadden een behoorlijke fles parfum gekocht. Maar Marjo had niet meegedaan. Ze had ‘t wel beloofd, maar haar zakgeld was op. En in haar spaarpot zat niks. Toen had Sanne tegen Marjo gezegd: ‘Sorry, hoor, maar als we de parfum aanbieden dan zeggen we erbij dat jij niet hebt meegedaan!’ Marjo had een groot probleem. Ze hield ook van mamma en ze wilde ook iets geven. De ochtend van moederdag was ze heel vroeg opgestaan en vier straten verder, langs het veld, had ze een bos bloemen geplukt. En toen pappa en Sanne en Dave luid zingend de parfum overhandigde kwam zij met het veldboeketje aan. Mamma was ontroerd. ‘Och Marjo, wat lief! Heb jij dat voor mij geplukt?’ Ze deed alsof ze de vliegjes en luizen niet zag op de stengels en haalde een vaasje. De parfum zag ze niet meer staan.
Hierover was Dave erg boos. Die middag sprak hij Marjo aan. ‘Wat haal jij in je hoofd!’, zei hij. ‘Wie geeft er nu stervende planten aan zijn moeder?’ Marjo schrok.’Stervende planten?’ ‘Ja zeker. Je knipt een bloem van de stengel. Die heeft geen wortel meer. Die gaat dus dood. Mamma zet hem in een vaasje. Dan gaat ie wat langzamer dood. En dat vind jij leuk!?’ Marjo kreeg er tranen van in de ogen. Zo had ze het nog nooit bekeken.
Volgend jaar zou ze meedoen aan de parfum, want ze wist nog niet dat die ook van dode bloemen werd gemaakt.
Een bloem is beter af als hij verbonden is met de wortel En een mens is beter af als hij verbonden is met God!


  MENU


   
BEZOEK
vandaag172
gister193
deze maand446
totaal825092