De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later

OUD OP NIEUW 2003 / 2004
© Harrie Brouwers, Voerendaal 2003

DE KORTE EN DE LANGE DAGEN

TWEE HONDJES
‘Ik zit mij voor het vensterglas - onnoemlijk te vervelen. - Ik wou dat ik twee hondjes was, - dan kon ik samen spelen.’ Dat is een versje van Godfried Bomans. Ik citeerde het vroeger nog wel eens in een huwelijksmis. Niet zozeer vanwege dat ‘twee-hondjes’ maar omdat het gedicht het verlangen vertolkt van Adam naar het moment dat God ‘twee’ van hem maakt.
Ooit zou het bruidsmeisje dit gedichtje voorlezen. De moeder van het kind had het gelezen en in heel grote letters overgeschreven. Maar ze had niet erg diep nagedacht. Ze liet haar dochter zeggen: ‘Ik zit mij voor het vensterglas - onnoemlijk te vervelen. Ik wou dat ik twee hondjes had, dan zou ik samen spelen.’ Jammer.

VERVELEN EN VERLANGEN
Wat het gedicht voortreffelijk laat zien is dat ‘vervelen’ en ‘verlangen’ aan elkaar verwant zijn. De ik-figuur verveelt zich stierlijk (als een koe, zou ik bijna zeggen). Maar dat valt samen met het verlangen om twee te zijn.
De woorden ‘verlangen’ en ‘vervelen’ lijken op elkaar. Verlangen is lang vallen, de tijd kruipt voorbij, het duurt maar, want ik was er zo graag. De weken rekken zich lang voordat het sinterklaas is. Twee kinderen op de achterbank van de auto naar Zuid-Frankrijk. ‘Zijn we er al?’ ‘Nee, we zijn in het noorden van midden-Frankrijk, probeer nog maar even te slapen.’ Verlangen is vervelen. ‘Vervelen’ betekent dat de tijd nog zo veel is, zoveel dagen nog, zoveel uren.

'DAG-KORTING'
Ik las enkele dichtregels van Jacob van Maerlant. Deze Vlaamse schrijver uit de dertiende eeuw legt ergens uit waarom hij het leven van Alexander de Grote vertelt, namelijk omdat het lessen bevat en ontspanning. Er staat letterlijk: ‘wijsheid ende dach-coringhe’. U hoort het goed: ‘dag-kortingen.’ De Edah zou er jaloers op zijn. Verstrooien werd in de Middeleeuwen het korten van de dag genoemd. Het was het tegendeel van vervelen.
De tijd kan verkort worden als je je amuseert. De tijd valt lang als je verlangt en je verveelt.
Er zijn dus twee manieren om de tijd te manipuleren: vervelen of verkorten; verlangen of genieten.

WENS
We staan op de grens van de tijd. Wat moet ik u wensen? Dat het komende jaar lekker lang duurt? Dat u zich verveelt, dat u verlangt naar wat er nog niet is?
Of dat het jaar voorbijvliegt, dat u ervan smult?
Het gekke is dat we het onmogelijke willen. We willen dat het genieten lang duurt. We willen de dagkortingen vervelen. We willen dat de dagen die voorbijvliegen eindeloos zijn. We willen de eeuwigheid!
We willen dat de Eeuwige de glans van zijn gelaat over ons spreidt. We verlangen naar een mooie tijd.
Moge dit jaar goed zijn voor de herders, de vluchtelingen, de daklozen.
Moge dit jaar voorbijvliegen voor de zieken.
Moge dit jaar kort en heftig zijn voor de genieters.
Want misschien is de tijd kort en lang tegelijk.

WAAR BLIJFT DE TIJD
Lieve kinderen. ‘Waar blijft de tijd’, zuchtte de pappa van Angela. Ze bladerden door een oud foto-album waar pappa met andere jongens bezig was met een sneeuweballen-gevecht. ‘Ja, dat zou ik ook wel eens willen weten’, zei Angela. ‘Wat zou je wel eens willen weten?, vroeg pappa. ‘Nou, waar de tijd blijft!’ En even later: ‘Ik vraag me ook af waar de tijd vandaan komt.’ Angela zat diep na te denken. Pappa had iets bedacht: ‘De tijd is er zomaar. Misschien komt ze uit morgen en gaat ze naar gisteren.’ ‘Dat zou kunnen’, stemde Angela in. Maar ze wilde slimmer zijn dan pappa. Daarom probeerde ze iets anders: ‘Misschien komt de tijd van God. De pastoor in de kerk zegt toch altijd: in de eeuwen der eeuwen amen. Ik denk dat de eeuwen van God komen en de dagen van de mensen.'
Pappa schoot in een lag en knuffelde Angela en zei: dan komen de minuuutjes en de uurtjes van de kinderen.


  MENU


   
BEZOEK
vandaag686
gister203
deze maand4053
totaal888132