KERSTNACHT 1 IN HET JAAR 2003
© Harrie Brouwers, Voerendaal 2003

PREPAY ENGELENKOOR

TELEFOON...!
Het gebeurde drie jaar geleden in Heerlen. Tijdens de nachtmis klonk er plotseling een zacht deuntje dat zowaar een kerstlied was. Tientallen mensen zochten zenuwachtig naar hun telefoon, in tasjes die in tassen zaten en binnenzakken met kapotte voering. Even later zag ik een jongeman gehaast de kerk verlaten.
U bent gewaarschuwd!

WAT JE MOET WETEN
Carolien liep stage. Ze studeerde theologie. Ze moest Robbie voorbereiden op het vormsel. Robbie was verstandelijk gehandicapt. Van de pastoor had ze ‘n dik boek gekregen om door te worstelen. Zes lessen waren voorbij. Het schoot niet op. Robbie’s moeder had al eens geïnformeerd of het niet genoeg was. Daarom vroeg Carolien hoeveel een kind moet weten om het vormsel te kunnen ontvangen. Aardige vraag. Wat moet een mens weten voor het vormsel? Wat moet je minimaal weten om een konijn te braden? Wat moet je weten om aan te voelen wat er in deze nachtmis gebeurt? Ik zei: ‘je moet Robbie duidelijk maken dat God van hem houdt.’ Het was even stil. Toen schoot Carolien in een lach. Ze riep: ‘daar neemt mijn pastoor geen genoegen mee!’ ‘Zeg maar tegen die pastoor dat God ook van hèm houdt!’ heb ik geantwoord.

HEILIGHEID VAN DE LIEFDE
Heel ons christelijk geloof komt neer op deze boodschap: de liefde is heilig. Die ervaring is langzaam gerijpt in je leven. Toen je verliefd was heb je die ene ander ontmoet die je uniek maakte. Dat ben je gaan vermoeden toen je in de bergen oog in oog stond met de eeuwigheid, toen je de sterren zag fonkelen en wist hoe bijzonder alles was. Je bent het gaan vermoeden toen je in donkere dagen een arm om je schouder voelde. En het was allemaal begonnen in de wieg!

KINDJE
Er wordt een kind geboren. Augustus, de goddelijke, was keizer. Het kind ligt in het stro. Het is thuis bij het gewone volk. Lukas haalt alles uit de kast om te vertellen hoe bijzonder dit was. Wat wij waarnemen is maar een schim van een duizelingwekkend mysterie.

VOLWASSENE
De jongeman van het mobieltje belde me de volgende dag. ‘Sorry voor die stroring gister tijdens het evangelie, maar ik ben vannacht vader geworden! Mijn vrouw riep me naar huis.’ ‘Proficiat.’ De blijde boodschap van de engelen kan de vorm aannemen van een naargeestig deuntje op je telefoon.
Een paar weken later zat de jonge vader naast zijn vrouw op de bank. Ze keken verliefd naar hun pasgeboren dochtertje. Het kindje keek ernstig de wereld in, graaide wat met de handjes en trok een grimas die me aan een kikkertje deed denken. ‘Het is toch zo’n wonder. Niet te begrijpen.’ De moeder aaide het meisje over het hoofd. De vader keek tevreden naar de moeder en zei: ‘Jij ben net zo’n wonder, schat!’
Het verhaal over het geheim achter het leven zegt iets over onszelf. Ook wij zijn uit liefde geboren. Ook wij zijn heilig. Wie alleen kan denken in termen van oorzaken en blinde toevallen zal veel begrijpen, maar het geheim niet vinden. Dat kan alleen de zanger en de gelovige. In de liefde komt God aan het licht. Ik ben geen ongelukje van een kosmisch noodlot. Ik ben uitgenodigd om onbaatzuchtig te zijn en de Eeuwige aan het licht te brengen.

GOD
‘We wilden haar laten dopen’, zei de moeder. ‘Ik weet niet precies wie God is, maar de liefde is een wonder.’ De vader had ook zijn twijfels: ‘Je ziet op de televisie verschrikkelijke dingen, onschuldige kinderen die het slachtoffer zijn van geweld. Daar kan ik me God niet bij voorstellen.’ De jonge moeder zei: ‘Als er geen God is, wordt het nog veel wreder en onbegrijpelijker!’
Het nieuwe mensje was gaan huilen, nog niet erg krachtig maar wel driftig. ‘Ze krijgt honger’, zei de moeder vertederd, blij dat ze iets geven kon.

NIET VANZELF!
De liefde was hier zo vanzelfsprekend dat je er geen geloof bij nodig hebt. Maar we weten wel beter. De liefde is voortdurend bedreigd. Bejaarden komen om door onverschilligheid. Onbeminde kinderen zwerven op straat of worden geronseld om te vechten. De commercie doet alsof ik een verwende egoïstische consumment ben. Daarom zijn er mensen nodig die elkaar aanspreken op de heiligheid van het leven. Daarom is er geloof nodig. Mensen die met kerstmis het wonder van de liefde vieren.
Uit het telefoontje op tafel tjielpte een ‘Jingle bells’, ik herkende het uit de nachtmis. ‘Ha Koen, ja ik had je gebeld vanmorgen. We gaan de kleine dopen. Of jij peetoom wil zijn.’ Koen was ontroerd. De pasgeborene maakte hem tot engel bewaarder. Het bleef lange tijd stil. ...

LEUK-DROEVIG
Lieve kinderen. Wat vind jij nou het allermooiste kerkstlied? Sanne zei: ‘Hoe leidt dit kindeke hier in de kou, zie hem eens beven...’ Ze begon te lachen want ze was de tekst kwijt. De andere kinderen lachten ook. ‘Waarom vind je dat zo mooi?’ vroeg ik verwonderd vanwege de kou en dat beven. ‘Nou’, zei Sanne een beetje verlegen door de aandacht, ‘ik word er zo bedroefd van.’ ‘Vind je het zo’n leuk liedje, omdat je er bedroefd van wordt?’ Sanne schudde haar hoofd. Ik begreep ook niks. Geduldig begon ze uit te leggen: ‘Kijk, je hebt vervelend-bedroefd en je hebt leuk-bedroefd. Het kindeke is leuk-bedroefd.’ Duidelijk! Ik heb dat verschil vroeger zelf ook geweten. Ik was het weer vergeten. Kerstmis is leuk-bedroefd. Het is bedroevend dat Jezus’ ouders geen fatsoenlijk onderdak konden krijgen. Maar het was leuk dat Jozef zo trots was en Maria zo blij en dat het kindje warme doeken had tegen het kriebelende stro. Ik wens jullie een leuk-bedroefd kerstmis toe!