De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later

MARIA LICHTMIS IN HET JAAR 2002
© Harrie Brouwers, Voerendaal 2003

OUD EN JONG

TOEVAL?
Een oude man wist niet goed wat hij die dag moest doen. Zijn leven was eenzaam geworden. De herinnering aan vroeger jaren maakte hem neerslachtig. Hij kon de mentaliteit van de jeugd niet meer volgen. Hij wilde niet meer leven en hij wilde ook niet sterven. Hij besluit naar de tempel te gaan. Zijn naam is Simeon.
De tempel is groot. Op de pleinen er omheen is altijd veel volk. Er is altijd wel wat te beleven. Daar komt een jeugdig echtpaar met een kind. Het kind heet Jezus. Zijn geboorte is veertig dagen geleden. Tijd om het op te dragen aan God.

OVER EEN ZANGERESJE
Ik stond vorige week een beetje gestresst in de kerk. Er was vlak daarvoor teveel tegelijk gebeurd. Aardappels op het fornuis, een vastgelopen computer, een telefoongesprek en nog iemand aan de deur. Uit de keuken klonk de bel van de magnetron. Dus ik stond wel in de kerk, maar nog niet met mijn hart erbij, nog niet hier en nu, niet hier bij altijd en overal, nog niet bij God, bij mezelf en de mensen.
Op de eerste rij van het kinderkoor stond een meisje. Ze is, schat ik, de jongste van het koor. Ze komt mij, schat ik, ongeveer tot aan de knie. Ze klemt een klapper tegen haar buikje en houdt hem schuin overeind met haar armpjes. Naar mijn lengte vertaald, zou het een klapper zijn van ongeveer een meter hoog. Het meisje zingt hartstochtelijk mee en beweegt haar hele lijfje op de vrolijke Nederlandse tekst. Een liedje later liggen de zaken anders. Het is een Engels lied. Ik zie hoe het meisje moeiteloos overschakelt en begint te playbacken. Ze doet haar uiterste best, ook al is het bijna bedtijd. Het refrein eindigt in een lange noot, een aaah... Het meisje houdt de mond ver open. En nu gebeurt het haar, dat een rijpe gaap over haar mondspieren komt. De geplaybackte ‘A’ wordt een gaap en houdt haar mond ver open gesperd, vele seconden nog nadat alle kinderen het lied beëindigd hadden. Mijn stress is dan volledig verdwenen. Deze fee heeft me helemaal teruggebracht naar hier en nu. Ze maakt me ervan bewust dat het leven vol verborgen ontroering is en vreugden. Hier is het feest van het leven aan de gang. Het de dag van dit meisje en van mij en van ons allemaal. Goddank maak ik hier deel van uit... God dank!
Een kind kan je tot God brengen.

SIMEON EN GOD
De oude Simeon was naar de tempel gegaan. Hij deed dat niet elke dag. Maar vandaag had hij plotseling gedacht: ‘Kom, ik loop eens naar de tempel. Misschien leidt het mijn gedachten af van sombere bespiegelingen.’ Achteraf zal Simeon stellig beweren dat het een goddelijke ingeving was, het plan van die ochtend om nog eens over het tempelplein te wandelen. Want je kunt het wel toeval noemen, maar het heeft hem intens gelukkig gemaakt; het heeft zin gegeven aan zijn oude dag. En zin is geen toeval. De ontmoeting met Maria en Jozef en hun kindje ontroerde Simeon diep. Hij zei: ‘nu ik dit gezien heb durf ik te sterven. Er is toekomst!’

GOD EN KIND
Kinderen maken God zichtbaar. Dat hebben we altijd al geweten. In de eerste eeuwen van het christendom kregen kinderen een speciale taak in de liturgie. Dus niet in gezinsmissen of nevendiensten, maar in de plechtige viering van de volwassenen. Daar waren kinderen gevraagd. Ze kregen de taak om de gebeden te reciteren. Van de ene kant omdat ze heldere hoge stemmen hadden die ver konden reiken. Maar vooral omdat men ervan overtuigd was dat de bede van een kind hoger in de hemel zou doordringen. Een kind zou God makkelijker kunnen vertederen dan een volwassene. Dus zongen de kinderen de voorbeden. Ze deden ook lezingen. In Florence wordt een grafsteen bewaard uit de eerste eeuwen van het christendom. Ze gedenkt een vijfjarige jongen die lector in de kerk was. We hebben altijd geweten dat kinderen nog dicht bij God staan. Jezus hoort bij God.

BRYAN
‘Wat heeft mamma in de buik?’ werd aan de kleine Bryan gevraagd. Die antwoordde zonder aarzelen: ‘God!’ Daar werd immers zijn zusje geschapen.
Simeon begreep dat de kind Jezus een heel bijzondere band met God had. En dat zou ook lijden met zich meebrengen. Met een kind in je armen voel je niet alleen blije ontroering maar ook smartelijke zorg.
Bij een doop bidden we altijd: ‘God, laat dit kind alle geluk vinden dat onder ons mogelijk is.’ Dan valt een stilte. Want iedereen beseft dat dit kind ook veel ellende zal zien. ‘God, behoed dit kind dat uit uw vriendelijkheid is voortgekomen!’

LICHTPROCESSIE
Lieve kinderen! Ik heb een idee. Vandaag vieren we een feest. Dat heet: Maria Lichtmis. Het is het feest van Maria die weer helemaal is opgeknapt na de geboorte van Jezus. Ze bezocht de tempel. Het feest viel op de dag waarop de Romeinen een processie hielden met fakkels. Want de winter was voorbij en de dagen werden langer. Vandaar: Maria Lichtmis.
Vóór de dienst heb ik deze kaarsen gezegend. Ze zijn het hele jaar te koop. Om te branden als alles een beetje donker lijkt. Nu wil ik jullie graag zo’n kaars cadeau doen. En dan houden we daarmee een kleine licht-processie door de kerk. De misdienaar loop voorop en jullie lopen er achteraan. Pappa of mamma mogen ook meelopen.
Ondertussen gaan we allemaal staan om het geloof te belijden door te zingen lied nummer ...


  MENU


   
BEZOEK
vandaag183
gister223
deze maand1543
totaal826189