De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later

OUD/NIEUWJAAR 2002/2003
© Harrie Brouwers, Voerendaal 2002

DE MAAKBAARHEID VAN 2003

IS DAT ALLES?
Alles onder de zon heeft zijn tijd, peinst Prediker een beetje depressief. Het is net alsof hij de greep op het leven verloren heeft. ‘Er is een tijd van omhelzen en een tijd van onthouding. Een tijd van vrede en een tijd van oorlog.’ De schrijver lijkt zich neer te leggen bij het onvermijdelijke. Je krijgt er toch geen vat op. Van alles heeft hij geprobeerd om zijn leven zinvol te maken. Paleizen heeft hij gebouwd, en zeeën bevaren, maar aan het eind hield hij er altijd een kater aan over. ‘Is dit alles wat er is?’ Zijn leven is een aaneenschakeling van ontgoochelingen.
De goocheldoos uit onze jeugd zag er van buiten zo vol gemakkelijk spektakel uit, maar de plastic foefjes die erin zaten brachten ons geen roem. De reisbrochures beloofden luie stranden maar repten niet over buikkramp en diarree. De huwelijksreis schonk dromen van levenslange rozengeur, maar na een jaar of acht was het stil in huis. Het vaderschap had hem zo trots gemaakt, maar nu zat de oude man alleen op oudejaar te kijken naar een conference, en hij begreep niet waarom de zaal zo lachen moest. ‘Alles is ijdel, alles is leeg en niets geeft het leven werkelijk inhoud’, verzucht prediker. Alles komt op zijn tijd en daar kan een mens zich maar het beste gelatenheid bij neerleggen. ‘Er is een tijd van stenen verzamelen en van stenen gooien, een tijd van lekker eten en een tijd van honger.’

ANDERE MENTALITEIT
Het verhaal lijkt wel het bekende ‘mañana’ van zuiderlingen. ‘Dat komt morgen wel.’ U kent dat verhaal van die westerling die een Surinamer onder de palmboom ziet liggen en zegt: ‘Waarom verlummel je je tijd? Waarom ga je niet werken en geld verdienen?’ ‘Wat moet ik daarmee?’ vraagt de man. ‘Goed sparen dan kun je later uitrusten onder een palmboom!’
Met andere woorden: wij westerlingen lezen Prediker met onderdrukte ergernis. Zijn afwachtende mentaliteit ligt ons niet. Wij geloven in de maakbaarheid van de tijden. We willen bouwen en veranderen, voeden en vrede stichten. Wij geloven erin dat we de wereld rechtvaardig kunnen maken. Prediker is teleurgesteld en zegt: ‘Geef je toch over aan wat er gebeurt om je heen.’

GELATENHEID
‘Er is een tijd van leven en een tijd van sterven.’ Toen de tijd van sterven was aangekondigd voer er een grote rust in de zieke. Hij liet al zijn illusies varen. Zonder wrok keek hij om. Ja, er waren mensen die ouder werden, maar lang niet allemaal gelukkiger. Er waren er die jonger stierven, maar wat zou hij de laatste dagen slijten in afgunst en boosheid. Hij koos eieren voor zijn geld, aanvaardde wat onvermijdelijk was en genoot van elke nieuwe dag die hem gegeven werd. Hij ontving bezoek en praatte openlijk met hen en met meer liefde dan ooit. Zijn omgeving was verwonderd. ‘Wat dapper! Wat moedig! Hoe kun je het opbrengen?’ Menigeen zei het. Maar de zieke haalde zijn schouders op en zei: ‘Dat had ik al veel eerder moeten doen!’
Ik bedoel dit: wij westerlingen van de eenentwintigste eeuw kunnen heel wat áán Prediker leren.
We kunnen hem antidepressiva geven. We kunnen hem zeggen dat we ons niet hoeven neer te leggen bij tijden van honger en droogte.
Maar we kunnen ook iets heel belangrijks vàn Prediker leren, namelijk dat er onvermijdelijkheden zijn, dat er ook neergang en ziekte en rouw zullen zijn, en dat het er dan op aan komt te aanvaarden en er het beste van te maken. Dan moeten we ons met plezier en dankbaarheid andere tijden herinneren en daaruit hoop putten.
‘Er is een tijd van renteverhoging en van renteverlaging, van recessie en van hoogconjunctuur.’ Lang niet alles is maakbaar. Het belangrijkste zelfs niet. ‘Er is een tijd van oorlog en een tijd van vrede.’
De commercie en de politiek willen ons een ander idee aanpraten. Het geluk zou maakbaar en betaalbaar zijn en onze angst te verzekeren tegen gunstige voorwaarden. Maar de belangrijkste dingen in het leven vallen ons zomaar ten deel, als hun tijd daar is. In die zin wens ik ons een boeiend jaar toe!

ALLEMAAL JARIG
Lieve kinderen. ‘Waarom vieren we nieuwjaar?’ vroeg Carlijn aan mamma. ‘Tja, waarom eigenlijk’, dacht mamma. ‘Nou, met nieuwjaar vieren we dat we weer een jaartje verder zijn.’ ‘Dus nieuwjaar is eigenlijk een soort van verjaardag?’, controleerde Carlijn het antwoord. Mamma moest lachen. ‘Ja, dat zou je kunnen zeggen, alleen met nieuwjaar vieren alle mensen tegelijk hun verjaardag, dus dan hoeven we ook geen cadeautjes want dan zouden we gelijk kunnen overgeven.’ Mamma zei het maar gauw want ze zag de bui al hangen. ‘Maar waarom vieren we de verjaardag van alle mensen dan op 1 januari?’ Als Carlijn eenmaal een vraag had, dan had ze nog niet het antwoord! ‘Kijk, zei mamma, vanaf nu worden de dagen elke dag een beetje langer, de zon gaat elke dag wat langer schijnen, daarom is dit de dag van wat er allemaal nog komen gaat. En we danken God dat hij ons laat leven.’ ‘Oh’ hoorde ik Carlijn in de keuken zuchten en ik riep er achteraan ‘Effe tsjekke!’


  MENU


   
BEZOEK
vandaag28
gister172
deze maand783
totaal825429