De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later

TWEEËNDERTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR 2001
© Harrie Brouwers, Voerendaal 2001

VAN GODS GEHEIM
EEN SNOEPJE VOOR JEZELF

BLAUW
Ik las in de krant dat Jomanda een gesprek met Sylvia Millecam zou hebben gehad. Na haar overlijden wel te verstaan. Hierachter schuilt een naïef beeld van de hemel, te klein en al te menselijk. Tegen die gemakkelijke en egoïstische voorstelling verzet Jezus zich.
De burgemeester van Valkenburg wil Jomanda trouwens graag het klooster uit; zijn versie van ‘meer blauw op straat’!

ANNE IN DE ROUW
Anne was net vier. Ze was erg bijdehand; stond overal nieuwsgierig met de neus bovenop en zat vol vragen en opmerkingen. Maar nu was ze uit haar doen. Opa was dood. Haar hele wereld was in de war. Ze kreeg wel de nodige aandacht van al die ooms en tantes en van de pastoor en andere mensen die over de vloer kwamen. Ze kreeg aandacht genoeg, teveel eigenlijk, maar ze had ook gezien dat oma huilde toen die zich onbespied waande. Ze had oma nog nooit zien huilen. Ze liep naar haar toe en sloeg troostend haar armpjes om haar heen. In de kerk was het helemaal vreemd geweest. De liedjes maakte haar bedroefd. Het grote blinkende gangpad daagde haar uit tot een sprint maar na enkele pasjes voelde ze afkeurende blikken. Er klonken veel luide woorden. Even hoorde ze haar eigen naam. Ze keek verschrikt op. Toen naar het kerkhof. In de kist lag opa. Dat had ze zelf gezien. ‘Durf je mee te gaan kijken naar opa?’ had mamma gevraagd. Gekke vraag. Was er dan iets waar ze bang voor moest zijn? Ze was op haar hoede. Opa was toch dood. Die kon toch niks meer. ‘Nee’, ze was niet bang. ‘Maak maar een mooie tekening.’ ‘Kan hij die dan zien?’ ‘Ja”, zei mamma, ‘in de hemel kan hij die zien.’ Dat begreep ze niet, maar ze begon te tekenen. Ze tekende een wei met een kuil en bloemen uit de grond en vogels in de lucht en blauwe wolken met ogen en tranen. Zes zwarte mannen hadden de kist in de kuil laten zakken. Op dat moment leefde de kleine Anne helemaal op. Eindelijk gebeurde er iets dat ze helemaal begreep; iets dat helemaal op haar maat gesneden was. De zwarte meneer haalde een schepje te voorschijn! Net als in de zandbak, schepte hij zand van een berg en gooide dat in de kuil! Dat was begraven! Toen zij het schepje kreeg begon ze te glunderen van belangrijkheid. Vol ijver gooide ze haar zand. En nog een keer, en nog een keer. Na de vijfde schep trok mamma haar weg van de kuil en Sanne begon te huilen.

HEMEL OF AARDE
Onderweg naar huis zei mamma: ‘Zo, nou is opa in de hemel’ en ze keek naar boven. ‘Toch niet daarboven!’, smaalde Anne. ‘De hemel is toch in de grond.’ ‘Hoe kom je daarbij?’ vroeg moeder. ‘Daar groeit toch alles en daar ligt toch mijn tekening. In de lucht kun je toch niet staan.’ Mamma probeerde het nog een keer: ‘In de grond ligt de dòde opa. Maar de opa die lachte en praatte en aaide, die is daarboven bij God.’ Anne haalde haar schoudertjes op. Ik zag haar denken: dan heb ik de tekening nog aan de verkeerde opa gegeven. Ze zei maar niks. Mamma had het al zo moeilijk.
Jonge kinderen fascineren mij bij begrafenissen. Ze willen lief zijn en troosten en ze doen dat als engelen. Ze zijn ontstellend nuchter. Ze aanvaarden de realiteit makkelijker dan ik het kan. Dood is dood. Tegelijk zoeken ze naar taal en beeld om de volwassenen te volgen in hun denken. Het kind voelt dat wij nog een geheim vermoeden achter de dood. Maar het komt er moeilijk achter waar dat geheim precies schuilt. Het kind vraagt en blundert en ontroert.
Het kind geeft precies het probleem aan. Het bewijst dat elke voorstelling van gene zijde schipbreuk lijdt. Het toont aan wat Jezus ons vandaag in het evangelie op het hart drukt.

GODS GEHEIM
Een vrouw die weduwe werd en geen kinderen had was in de oudheid zonder verzorging. Daarom bestond er in het oosten zoiets als een zwagerhuwelijk. De broer van de dode moest de weduwe nageslacht schenken. De Sadduceeën maken er een absurd verhaal van. De vrouw is tenslotte zeven keer getrouwd. Als ze dan in de hemel komt, heeft ze dan zeven echtgenoten? Sadduceeën geloven niet in een voortbestaan na de dood. Ze proberen hun gelijk aan te tonen met een karikatuur van het hiernamaals, alsof het een eenvoudige prolongatie is van hier en nu. Ze praten over de hemel zoals wij dat ook zo dikwijls doen. Al te menselijk. Zo menselijk, dat we het zelf ongeloofwaardig gaan vinden. Daarom zegt Jezus verwijtend: wat hebben jullie toch onnozele opvattingen. Jullie hebben van het mysterie van Gods toekomst een snoepje voor jezelf gemaakt. Maar geen enkele menselijke voorstelling kan recht doen aan wat er is bij God. Laat al je menselijke voorstellingen varen. Vertrouw erop dat God het goed met je voor heeft, ook als je sterft. Je zult nooit buiten Hem zijn. Dus leg maar wat bloemen bij de kist en doe er de tekening van Anne bij, want dit lichaam is heiliger dan je denkt en het is een symbool van Gods grote geheim.

BARTHOLOMEUS
Lieve kinderen. Laurien had drie konijntjes. De ene heette Stipje, de andere Grijsje en de derde Bartholomeus. Vraag me niet waarom! Mamma vond drie konijntjes wel wat veel. Daarom zouden er twee bij opa gaan wonen. Laurien bracht Grijsje en Bartholomeus naar opa. Weken later was Laurien bij opa op bezoek. Ze rende naar de tuin om te zien of Grijsje en Bartholomeus haar nog kende. Maar ze dag ze niet. Nergens! Ze rende naar opa. Opa nam Laurien op schoot. en begon te vertellen dat de konijntjes ziek waren geworden en dat ze dood waren gegaan. Laurien werd boos en verdrietig tegelijk. ‘Maar waar zijn ze dan...?’ ‘Ze zijn er niet meer’, zei opa. Laurien begon te gillen. Want dat was het ergste, dat ze Bartholomeus en Grijsje niet had kunnen begraven. Alle konijntjes gaan dood, dat wist ze wel, maar ze moeten toch in een zacht kistje op een mooi plekje in de tuin. Ze moeten toch nog ergens zijn. Want zonder begrafenis ben je niet eens dood. ‘Weet je wat?’, zei opa toen. ‘We maken vanmiddag een groot kruis in de tuin tussen de witte kool en daar schrijven we op: ‘ter nagedachtenis aan alle lieve konijnen.’ Laurien vond het een prima idee. Ze hield meteen op met snikken!


  MENU


   
BEZOEK
vandaag165
gister382
deze maand1302
totaal825948