De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later

NEGENDE ZONDAG DOOR HET JAAR (Carnaval)
© Harrie Brouwers, Voerendaal 2000

IN ANDERMANS HUID KRUIPEN

Beste mensen, lieve kinderen. Er zijn van die feesten die het erg goed doen en ze komen allemaal uit het geloof vandaan. Sinterklaas bijvoorbeeld. Hepi ook en de kerstman. En Carnaval. Wat is nou het godsdienstige van Carnaval?
Met Carnaval hebben veel mensen er plezier in om een andere rol te spelen. Ze worden weer spelende kinderen. De een is beer. De ander hippie. In Kerkrade zie ik veel ernstige eenzame heren in zwarte pakken, een hoge hoed op, een spreuk op de rug en een dingetje in de hand of achter zich aan slepend. In Maastricht zie ik veel dokters en verpleegsters met bloederige botten en verbandtrommels. In Heerlen zie ik groepen met kleurige ballonnen. In Voerendaal zie ik mijn collega pastoor. Ik zie Batman, Zorro, indianen, cowboys, prinsessen, reuzen en kabouters. Mensen zijn in staat om in de huid te kruipen van een ander. Mensen kunnen in andermans schoenen gaan staan. Dat is een goddelijke eigenschap, want daardoor zijn we groter dan we zijn. Daardoor hebben we met alles te maken.

“Mijn broer heeft een kindje gekregen!” roept Bart blij tegen zijn vriend. Proficiat!, dan ben je dus oom geworden” zegt deze. “Is het een jongentje of een meisje?” Bart slaat met zijn hand op zijn voorhoofd en roept vertwijfeld: “Dat ben ik vergeten te vragen, nu weet ik niet eens of ik oom ben geworden of tante!”

Een mens is in staat om oom te zijn, tante, politie, dader of slachtoffer. Een mens kan zich voorstellen wat het is om honger te hebben en om ziek te zijn, om te vliegen of te varen... we kunnen onszelf in onze fantasie vleugels geven en ons uitbreiden in de tijd en in de ruimte. En daarom voelt een mens medelijden als hij ziet dat een andere mens omkomt van de honger. Daarom willen wij in de komende weken voor Pasen de kinderen in Ghana helpen om betere scholen te krijgen. De mens is in staat met anderen mee te leven omdat hij diep in zijn hart weet: ik had ook in jouw schoenen kunnen staan. Jij hebt je ongeluk evenmin verdiend als ik mijn geluk. Ik voel het als mijn taak om geluk en ongeluk te delen. Die taak, die verantwoordelijkheid die maakt ons mensen tot beelden van God. Mensen zijn elkaars broers en zussen, van welke kleur of taal ze ook zijn.

Bart probeerde Frans te leren. Leuk in de vakantie als hij zijn vriendjes op de camping kan verstaan. Hij is in zijn werkschrift aan het invullen. ‘Hart’ Dat is in het Frans ‘coeur’, dat wist hij wel. Maar van welk geslacht? Is het nou LA coeur of LE coeur vraagt hij hardop. Zijn vader, vanachter de krant: “Het is natuurlijk Likeur!”

Mensen willen elkaar verstaan en voelen verantwoordelijkheid voor elkaar. Dat mag wel eens anders lijken. ‘s Maandags in de krant lees je over vechtpartijen op straat. Mensen die agressief zijn door drank of drugs. Mensen die anderen sarren en treiteren. Dat kunnen we ook. Maar dan is er altijd die andere mogelijkheid, die van de liefde. Dat is de kern van onze godsdienstigheid.
Abel Herzberg herinnert zich hoe hij een jongen van acht jaar was. De bel gaat. Daar staat een man voor de deur met wie de familie ooit hooglopende ruzie heeft gehad. Hij had zijn moeder diep beledigd. De man moet dringend naar Heerlen maar heeft geen geld voor de trein. Zijn vader laat hem binnen, en zonder veel te zeggen geeft hij hem het bedrag. Als de man het huis verlaten heeft zegt de vader: “Tjonge, dat deze man, die ons zo erg beledigd heeft, aan òns geld komt vragen..., dan moet God hem wel zwaar terecht gewezen hebben....! Mensen zijn in staat in de huid van een ander te kruipen en te vergeven en te vergeten. Met Carnaval maken we van die mogelijkheid volop gebruik!
Mensen kunnen zich in een ander verplaatsen, ze kunnen zichzelf relativeren, ze kunnen lachen en grapjes maken.

Een man stapt boos het kantoor binnen van het Limburgs Dagblad want Roda had verloren. Woedend zegt hij tegen de juffrouw: Juffrouw, ik kom de krant opzeggen...!” De juffrouw antwoord rustig: “Begint u maar!” Lachend verlaat de man het kantoor. Lachend om zichzelf.

Wat mensen zo bijzonder maakt is dat zij niet alleen maar lekker in hun eigen vel zitten, maar dat ze ook in die van een ander kunnen kruipen. Daarom kan een mens mededogen voelen en compassie. Daarom kan een mens liefhebben en begrijpen. Daarom kan een mens karnaval vieren.

Lieve kinderen, omdat het Carnaval is klap ik nog een grapje tot slot uit de school Het slaat verder nergens op! De meester vraagt: “Bij welke temperatuur kookt water?” Bart steekt de vinger op en zegt: “Negentig.” “Fout”, zegt de meest. “Bij honderd.” Tot zijn verdediging verzucht Bart hardop: “Ach ja, dat is waar ook. Een rechte hóek kookt bij negentig graden!”
Lieve kinderen, koken jullie maar wat eerder dezer dagen: speel je spel en deel je vreugde. Dan zullen we daarna, te beginnen bij het askruisje woensdag, ook het verdriet van elkaar delen en dragen.


  MENU


   
BEZOEK
vandaag254
gister223
deze maand1614
totaal826260