De genoemde datums laten het moment van publicatie zien, 
De datum waarop de preek gehouden is ligt gewoonlijk een week later

2011 - Christus Koning © Harrie Brouwers, Voerendaal




EINDEXAMEN


EIND BEOORDELING
Een vriend van me is jarenlang voorzitter geweest van ‘de geiten’ in Thorn. Dat is -zoals u weet- de kerkelijke harmonie. Eind negentiende eeuw was er een conflict over de opluistering van dansfeesten. De ‘opstandige’ muzikanten werden ‘de bokken’ genoemd en de parochie-getrouwen ‘de geiten’. Geiten en bokken staan voor de scheiding der geesten, die zich aan het einde der tijden in God voltrekt. Ik moet daar bij vertellen dat onder andere de profeet Zacharia met bokken de slechte leiders bedoelt. Tegenover barmhartige eenvoudige lieden stelt Jezus, zo gezien, de harteloze schriftgeleerden.
Links en rechts zijn politieke termen. In mijn jeugd heette een politieke richting rechts als die op godsdienst was gebaseerd. Later hebben we de betekenis uit het buitenland overgenomen. Na de Franse revolutie zaten de hervormingsgezinden links van de voorzitter en de conservatieven rechts. De bijbelse notie heeft hier niets mee te maken. Als je kijkt naar het licht, naar de zonsopkomst, het oosten, dan is links het noorden, de nacht. Het Latijnse woord voor duister, sinister, betekent ook links. God scheidt het licht van het donker, harteloze leiders van goedwillende gelovigen. En dat alles in een enscenering die Jezus ontleent aan de visioenen uit het boek Daniël.
De koning gaat vanaf zijn troon de wereld beoordelen. Bij Jezus klinken de normen door van de profeet Jesaja. Jesaja ergerde zich aan de uiterlijkheden van veel priesters. Het gaat God niet om sombere gezichten en vette offerdieren. God ziet liever dat je ‘de boeien losmaakt van onschuldigen en onderdrukten hun vrijheid teruggeeft, dat je brood deelt met de armen en naakten kleedt.’ Met het oog op de ballingschap in Babylon stond er: ‘gevangenen verlossen’, en niet slechts ‘gevangenen bezoeken.’

DODEN BEGRAVEN
Rond 1200 was Innocentius III paus. Hij voegde aan het evangelie een werk van barmhartigheid toe. In het boek Tobit had hij gelezen hoe de held, in den vreemde, omgeven door vijanden, zijn trouw aan de Thora belijdt: ‘Ik gaf brood aan de hongerigen en kleren aan de naakten; als ik het lijk van een volksgenoot buiten de muren van Nineve zag liggen, dan begroef ik het.’ Dat begraven van doden, vooral van lijken die door moordcommando’s om het leven waren gebracht, brengt hem in groot gevaar.
Joden geloofden aanvankelijk dat een mens na de dood een soort schemerbestaan had, zolang zijn botten bestonden. Je moest zorgen dat hyena’s niet bij de lijken kwamen. Daarom dekte je in de woestijn de begraven lichamen toe met stenen. Stenen - of steentjes! - neerleggen op een graf, hoorde tot de werken van barmhartigheid. Voor Innocentius was dit zeer actueel; hij leefde in een tijd van grote epidemieën. Hongerigen spijzen, dorstigen laven, naakten kleden, vreemdelingen herbergen, zieken verzorgen, gevangenen bezoeken en dus ook: doden begraven.

MAATSCHAPPELIJKE STAGE
Scholieren in het voortgezet onderwijs moeten 30 uur stage doen in de samenleving. Het gaat om vrijwilligerswerk in de non-profitsector. De stage moet hen mogelijkheden laten zien om een bijdrage aan de maatschappij te leveren. Als parochie hebben we ook stageplaatsen aangeboden. Tot nu toe hebben zich zeven tieners gemeld. Eentje heeft geholpen om de toren van de Laurentius op te ruimen, eentje om op het kerkhof te tuinieren en anderen wilden ouderen bezoeken. Op het ogenblik zijn we bezig om een stage te ontwikkelen waarin de scholier kennis kan maken met de opdracht van een parochie. Die stage gaan we noemen: ‘de werken van barmhartigheid.’ We willen de tieners laten ervaren dat gelovigen God denken te ontmoeten als ze naakten kleden (ze zouden de in de Winkel van Sinkel kunnen helpen) - de dorstigen laven (ze mogen missionaire activiteiten ondersteunen) - hongerigen voeden (ze gaan een adventsactie voor de voedselbank opzetten) - doden begraven (ze werken mee aan de Allerzielendienst) - zieken bezoeken (dat doen ze met de zonnebloem) - gevangenen opzoeken (daartoe is er contact met Amnesty International). Tenslotte doen ze iets voor vreemdelingen.  
Bij het laatste oordeel wordt niet gekeken of we vaak in de kerk zijn geweest; niet of we mooi gezongen hebben, of veel vrienden op Facebook hadden of veel volgers op Twitter, maar alleen of we hongerigen gevoed, dorstigen gelaafd, gevangenen bevrijd, vreemdelingen geherbergd hebben, doden begraven, want die hongerige, naakte en dorstige was God.

BIJ SINTERKLAAS
Gijsje kon niet slapen. Morgen zou Sinterklaas de school bezoeken. Gijsje wist niet of hij in Sinterklaas geloofde, maar voor een ‘neppe’ was hij nog banger dan voor een echte! Moest-ie natuurlijk naar voren komen en een liedje zingen. Dan zou Sint het grote boek openmaken waar alles in stond. Sint zou schrikken. Hij zou Piet aankijken. Want er stonden stoute dingen op de bladzijde van Gijsje. Hij had een prachtig beeldje gebroken van een paard. Niet met opzet, hij wilde ermee spelen. En toen het gebroken was, had hij zijn kleine broertje de schuld gegeven. En hoe vaak had hij niet met een zaklamp onder de deken liggen spelen als hij moest slapen, en in de koelkast aan de pudding gesnoept. Nee, de pagina Gijsje was een zwarte bladzijde. Na een rusteloze nacht was Gijs op school. Sint bladerde moeizaam met zijn witte handschoen door het boek. Daar vielen blaadjes uit en toen ineens: ‘Aha, Gijsje...’ Het werd hem zwart voor de ogen. ‘Kijk, Gijsje heeft zijn kleine broertje getroost toen die aan huilen was..., Gijsje was boos op de jongens die een poesje aan het plagen waren... Piet, geef deze held een groot cadeau.’ Hij wist niet wat hij hoorde. Sinterklaas geloofde in Gijs!






  MENU


   
BEZOEK
vandaag5
gister95
deze maand3733
totaal823493